Bij Treibbal leert de hond om grote, lichtgewicht plastic ballen voort te duwen en in samenwerking en op aanwijzing van zijn baasje de bal(len) naar een doel te drijven. Niet zomaar een balspelletje, Treibbal draait om balbeheersing en samenwerking met zijn baasje.
Treibball is leuk om te doen én om naar te kijken. Lekker samen bezig zijn op een veld vol gekleurde ballen: daar word je helemaal vrolijk van!
Bij het aanleren van het Treibbal-spel begin je met één bal. Als de hond heeft geleerd om achter de bal plaats te nemen en vervolgens de bal te duwen, kun je het aantal ballen waarmee je werkt opvoeren. Uiteindelijk komen er acht ballen op het veld te liggen en moet de hond die over een afstand van zo’n twintig meter zo snel mogelijk naar zijn baasje moet brengen, die voor een goal staat.
Duwen moet je leren!
De meeste honden gebruiken hun snuit om de bal in beweging te krijgen, andere duwen met hun borst, of gebruiken hun poten. Hoe meer ervaring de hond opdoet, des te beter jij de hond kunt sturen en hoe beter de hond op zijn beurt de bal leert te ‘sturen’.
Elke hond die wil samenwerken met zijn baas, kan aan Treibbal doen. Het leuke van Treibbal is dat het nauwelijks belastend is voor de hond en voor de baas. Daarom is Treibbal geschikt voor elke hond, jong en oud en zelfs honden met een (lichamelijke) beperking kunnen hun energie kwijt in het Treibbal-spel.